“Als we niet genoeg personeel vinden, dan zullen we niet anders kunnen dan kamers sluiten in onze woonzorgcentra.” Dat zegt Margot Cloet, topvrouw van Zorgnet-Icuro, dat meer dan 300 rusthuizen vertegenwoordigt. In de praktijk gebeurt dat nu al her en der. En wonderoplossingen om het nijpende personeelstekort op te vangen, zijn er momenteel niet.
Pieter Lesaffer - Woensdag 2 maart 2022 om 03:00 - Het Nieuwsblad
De meeste rusthuizen willen het zelf liever niet gezegd hebben, maar her en der gelden sinds kort weer opnamestops voor nieuwe bewoners. Tijdens de piek van de coronacrisis was dat nog verplicht, nu is dat vooral om het personeelstekort op te vangen. Door enkele kamers of zelfs een hele afdeling leeg te houden, is er meer personeel beschikbaar per bewoner. Dat zou vooral in regio’s als de Westhoek en Limburg het geval zijn, waar het nog moeilijker is dan elders om voldoende personeel te vinden. Al wil geen enkele directeur dat officieel bevestigen, uit vrees voor slechte publiciteit.
Afdeling sluiten
Ook de regio Leuven kampt met een grote krapte, onder meer omdat de woonzorgcentra daar moeten opboksen tegen het universitair ziekenhuis, dat veel afgestudeerde verpleegkundigen aantrekt. N-VA-parlementslid Lorin Parys is bestuurder bij ZorgLeuven, dat onder meer vier rusthuizen uitbaat. “Daar zijn vijftig personeelsleden te weinig in de ouderenzorg en veertig in de thuiszorg. Dus kunnen ze bij ZorgLeuven soms niet anders dan tijdelijke opnamestops in te voeren of tijdelijk een afdeling te sluiten. Ook al wordt daar hemel en aarde verzet om personeel te vinden.”

Volgens Margot Cloet, gedelegeerd bestuurder van koepelorganisatie Zorgnet-Icuro, wordt dat steeds meer de realiteit als het personeelsgebrek blijft duren. “We zullen op een andere manier moeten leren redeneren”, zegt ze. “Nu laten we bewoners toe op basis van het aantal beschikbare plaatsen. Misschien kunnen we dat beter baseren op het aantal personeelsleden. Anders dreigt de kwaliteit van de zorg af te kalven.”
Vicieuze cirkel
Het personeelstekort was voor de coronacrisis al problematisch, nu is het alleen nog nijpender geworden. Bevoegd minister Wouter Beke (CD&V) heeft al enkele maatregelen genomen, maar wonderoplossingen zijn er niet. Zowel Zorgnet-Icuro als Vlozo, de koepel van commerciële rusthuizen, kijkt nu vooral naar de federale regering om te hulp te schieten. Beide vragen onder meer om de strikte beperkingen op te heffen in het takenpakket van verpleegkundigen en zorgkundigen. Die laatsten mogen wettelijk bepaalde medische handelingen niet uitvoeren, terwijl dat eigenlijk vrij eenvoudige zaken zijn, zoals een inspuiting geven.
Een andere vraag is om flexijobbers te mogen inzetten – werknemers of gepensioneerden die komen bijklussen. “Nu mogen zij wel in de horeca of bij een bakker gaan werken, maar niet in een woonzorgcentrum”, zegt Johan Staes, gedelegeerd bestuurder van Vlozo. “Bijvoorbeeld een leraar lichamelijke opvoeding die in het weekend een centje wil bijverdienen door in een woonzorgcentrum bewegingsleer te komen geven. Waarom zou dat niet mogen?”
Ook Margot Cloet is voor dat idee gewonnen. Al botsen de koepels daarmee wel frontaal met de vakbonden. “Dat is voor ons een rode lijn”, zegt Olivier Remy, verantwoordelijke voor de woonzorgcentra bij ACV. “Als die flexijobs er komen, dan organiseren we onmiddellijk een staking. Want dat betekent dat je werk geeft voor een lager loon, aan mensen die minder goed zijn opgeleid. Dat is geen verbetering, maar een verslechtering.”
Meer voltijdse contracten
ACV wil onder meer iets doen aan het leger deeltijdse werknemers in de rusthuizen. Velen van hen zouden liever voltijds werken, maar rusthuisdirecteurs houden hen deeltijds om hen zo massaler te kunnen inzetten tijdens de drukke ochtendshift. Ook de socialistische vakbond BBTK staat achter de uitbreiding naar voltijdse contracten. “Daarnaast moeten we mensen meer laten doorstromen, bijvoorbeeld zorgkundigen die zich omscholen tot verpleegkundigen”, zegt Johan Van Eeghem.
“We moeten er in ieder geval alles aan doen om uit de vicieuze cirkel te geraken”, zegt Margot Cloet. “Mensen haken nu af omdat de werkdruk te hoog is. Maar doordat er minder mensen zijn, stijgt de werkdruk nog meer en wordt het beroep minder aantrekkelijk. Dat moeten we zien te doorbreken.”
Er zijn al heel wat initiatieven om meer personeel aan te trekken, maar veel zoden brengen die voorlopig niet aan de dijk.
- In de nasleep van de coronacrisis heeft de Vlaamse regering 577 miljoen euro uitgetrokken voor een nieuw sociaal akkoord. Op basis daarvan kunnen woonzorgcentra (net als de rest van de zorgsector) meer personeel aanwerven – als ze dat vinden, tenminste. Ook zijn de lonen verhoogd om de job aantrekkelijker te maken. De vakbonden vragen dat dat nog verder wordt verbeterd.
- Woonzorgcentra krijgen sinds vorig jaar ook subsidies voor niet-zorgpersoneel, dat via opleidingen verder kan doorstromen naar een zorgberoep.
- Er zijn meerdere projecten met betaalde stages en opleidingen, om werkzoekenden of mensen uit andere sectoren om te scholen. Daarnaast zijn er ook projecten met buitenlandse werkkrachten.
- Sommige rusthuizen experimenteren met technologische innovatie om efficiënter te kunnen werken, bijvoorbeeld verlichting die detecteert of een bewoner ’s nachts wakker wordt, of technologie die automatisch de temperatuur meet.
- Zorgnet-Icuro vraagt naast flexijobs ook een uitbreiding van de studentenarbeid in de zorg.
- Vlozo vraagt om administratieve taken niet door verpleegkundigen of zorgkundigen te laten uitvoeren.
- De socialistische vakbond BBTK wil dat er één loket komt waar kandidaat-werknemers alle projecten en andere informatie overzichtelijk kunnen terugvinden.
- Voor de christelijke vakbond ACV moet de personeelsnorm de komende tien jaar omhoog, zodat er meer personeel per bewoner aan het werk is.