Gedicht van de week

Slecht begaanbaar zijn de paden
in het schemerige land.
Paden waarop men blijft steken,
vast komt zitten in het zand.
Er ontbreken richtingborden
en een vakbekwame gids,
met veel kans op misverstanden
in een continue spits.
Op die paden is de loopdrang
van de wandelaars heel groot.
Paden lopen vaak in rondjes
en tenslotte loopt het dood.
Onderweg zijn mensen talrijk,
maar toch loopt men er alleen.
En het pad dat men bewandelt,
leidt ze naar ‘het nergens’ heen.
Op de schemerige paden
is het angstig en men hoopt,
dat er iemand op komt dagen,
die dan samen met hen loopt.
Iemand om op te vertrouwen
met een uitgestoken hand,
die de mensen daar wil helpen,
los haalt uit het mulle zand.
Paden blijven slecht begaanbaar
schemering blijft ook bestaan.
Maar misschien wil jij die gids zijn,
die het pad met hen wil gaan.
Het pad kun je niet plaveien,
maar als jij hen begeleidt,
wordt hun pad toch meer begaanbaar
en je loon is ‘dankbaarheid’.
© Hans Cieremans -> met toestemming van auteur
Foto eigen archief (Borgloon)