12de Poëzieweek 2024.
Het thema is ‘thuis’. Het huis van de poëzie bestaat uit meer dan louter bakstenen. Dichters bouwen huizen uit herinneringen, geuren en kleuren. Ze beschrijven de huizen van onze jeugd en de straten van onze dromen. Ze schrijven hun gedichten op een hoekje van onze keukentafel en turen naar de schilderijen aan onze muren. De mooiste woorden ontspruiten vaak op de plek waar we ons het meest thuis voelen.
Tijdens Poëzieweek 2024 bouwen we samen grote en kleine huizen in gedichten. We komen thuis in steden of op het platteland, we verhuizen onze verzen van streek naar streek en beschrijven nieuwe en oude landen in levendige letters. Poëzie kan mensen vieren, verwelkomen en zich thuis doen voelen. Het kan ook de troost van een warme thuis bieden op moeilijke momenten van afscheid, rouw en verdriet. Samen schuilen we onder het dak van de poëzie.
Gedicht 2 -> zoekende naar thuis/huis/wachtend op bezoek....
onbegrip
‘Zuster, waar is nou mijn dochter,
want ze komt toch elke dag?
Wat zegt u? Dat is verboden?
Dat ze niet komen mag?
Maar waarom is dat verboden?
Is er soms iets ergs gebeurd?
Want ook voor mijn lieve buurman,
zijn bezoekjes afgekeurd.
Zuster ik ben zenuwachtig,
want waar blijft mijn dochter nou?
Ze komt elke dag hier bij me,
ze is altijd reuze trouw.
En nou zit ik maar te wachten,
is er soms iets aan de hand?
Kan u haar niet even bellen?
Zit ze in de lappenmand?
Heeft zij mij gebeld , wanneer dan?
Nee, dat weet ik echt niet meer.
Gaat dit echt drie weken duren,
komt mijn dochter dan pas weer?
Mag mijn zoon dan wel nog komen?
Ook niet? Dan moet ik naar huis.
U houdt mij hier opgesloten,
het is hier in huis niet pluis.
Ha, gelukkig iemand belt me,
want daar gaat mijn telefoon.
Nou dat zal mijn dochter wezen
of misschien is het mijn zoon?
Hallo Anja, wanneer kom je?
Is er een bezoekverbod?
Ja dat klopt, dat is hier ook zo,
de deur hier zit ook op slot.
© Hans Cieremans (met toestemming van de auteur, zonder de bijhorende foto)